PvdA SERIE “WAT BETEKENT HET OM ALS KIND IN LANSINGERLAND IN ARMOEDE OP TE GROEIEN?”

7 maart 2018

DEEL 1: Inleiding

In de periode 26 februari – 5 maart publiceerden wij op de PvdA-Lansingerland Facebook pagina een vijftal verhalen over wat het concreet betekent om als kind in Lansingerland in armoede op te groeien. De PvdA ging de afgelopen weken in gesprek met ouders van kinderen die dit aan den lijve ondervinden. Wij hoorden hoe armoede de kinderen treft. De ouders vertelden over het gebrek aan goede informatie over voorzieningen en het ontbreken van steun van de zijde van het gemeentelijke zorgloket. Wij merkten ook hoe lastig het is om geen goed sociaal netwerk te hebben. Het werd ons duidelijk hoeveel kracht en energie er nodig is om kost wat kost te overleven, als je pech en tegenslag hebt. Hier volgt de hele serie.

DEEL 2: Schoolspullen vergoed, maar geen bijles

Het huishouden bestaat uit grootmoeder, moeder en zoontje (8 jaar). Moeder woont met zoontje in bij grootmoeder die ongeneeslijk ziek is, niet meer in staat is alleen te wonen en bij alles geholpen moet worden. Grootmoeder heeft AOW plus een klein pensioentje. Dochter heeft een WAJONG uitkering. Bij elkaar opgeteld is het gezamenlijke inkomen net boven het sociaal minimum, dus geen recht op toeslagen. Geen enkele ruimte voor extraatjes of sparen. Moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Hopen dat er niets kapot gaat. Dit verhaal is geanonimiseerd.

Wat betekent dit voor de jongen

  • Niet mee kunnen doen met klasgenootjes die op diverse sportclubs zitten en allerlei vrijetijdsactiviteiten doen. Via het Jeugdcultuurfonds zit zoontje op een muziekclubje.
  • Verjaardagspartijtjes zijn een ramp. Het kost veel geld om zoiets te organiseren. Norm ligt hoog bij andere kinderen in de klas. Familie spaart het hele jaar hiervoor.
  • Jongen had bijles nodig. Dit is gestopt omdat moeder het niet meer kon betalen. Stichting Leergeld geeft wel pennen, schriften e.d. maar betaalt geen bijles.
  • Schoolzwemmen bestaat niet meer. Zwemlessen zijn erg duur. Moeder zit hierover in. Stichting Jeugdsportfonds zou dit kunnen betalen maar men kan, volgens moeder, óf een beroep doen op cultuurfonds óf op het Sportfonds. Dus het is muziek of zwemmen.
  • Vakanties buitenshuis zijn niet te betalen.

DEEL 3: Naast school helemaal niks leuks

Gezin bestaat uit vader, moeder, dochters van 10 en 12 jaar, die speciaal onderwijs volgen, zoontje van 8 jaar en een baby. Familie heeft vele moeilijke jaren achter de rug. Zij wonen tot tevredenheid in een nieuwbouwwijk in een huurhuis van 3B-Wonen. Financieel was het een zware tijd. Hoewel vader altijd gewerkt heeft, moest men jarenlang een schuldhulpverleningstraject volgen. Ervaringen met de Voedselbank waren niet goed. Gezin heeft niet of nauwelijks een sociaal netwerk waarop men kan terugvallen. Ook in de eigen familie niet. Voor de professionele hulpverlening heeft moeder geen goed woord over. Zij spreekt lovend over de manier waarop in een jaar tijd het Maatjes-project van Humanitas haar weer zelfvertrouwen heeft gegeven zodat zij de regie weer zelf kon oppakken.

Gelukkig gaat het nu ook financieel beter. Vader heeft werk. Toch valt het niet mee de eindjes aan elkaar te knopen. Omdat men net boven het sociaal minimum zit, kan men geen beroep doen op een aantal toeslagen. Het is voor hen een hels karwei om zicht te krijgen op welke regelingen men wel een beroep zou kunnen doen. Dit verhaal is geanonimiseerd.

Wat betekent dit voor de kinderen:

  • Zwemlessen voor zoontje deden een aanslag op het gezinsbudget (de meisjes kunnen door hun stoornis niet deelnemen aan zwemlessen)
  • Ouderbijdragen voor school vormen een probleem.
  • Peuterspeelzaal voor de jongste gaat om financiële reden een probleem vormen.
  • Kinderen nemen niet deel aan allerlei buitenschoolse activiteiten.
  • Op vakantie gaat men niet.

DEEL 4: Bijbaantjes om zieke moeder te steunen

Familie bestaat uit moeder en drie kinderen van 16, 14 en 13 jaar. Moeder afkomstig uit Oost-Europa woont 20 jaar in Nederland. Kinderen volgen voortgezet onderwijs. Moeder heeft een zware tijd achter de rug. Vorig jaar zomer overleed haar moeder aan wie zij voorheen veel steun heeft gehad. Kort daarop kreeg zij zelf kanker en moest operatie en behandelingen ondergaan. En juist van de week werd zij op de fiets aangereden. Zij brak haar been. Daarvoor is zij geopereerd. Pogingen via de gemeente om huishoudelijke hulp te krijgen zijn tot nu toe niet gelukt. Moeder heeft een bijstandsuitkering. Zij deed voorheen vrijwilligerswerk bij een zorgorganisatie maar door alle sores vorig jaar kon dit niet meer. Moeder voelt zich eenzaam, komt nergens meer. Gelukkig springen buren af en toe bij voor vervoer en heeft Humanitas een maatje ingezet. Dit verhaal is geanonimiseerd.

Wat betekent dit voor de kinderen:

  • Kinderen hebben gelukkig een bijbaantje. Veel ondersteuning vanuit de diverse fondsen (Sportfonds, Cultuurfonds of Leergeld) is er niet geweest. Alleen de jongste zoon zit via Sportfonds op voetbal.
  • Aanvragen voor school/ouderbijdrage bij Leergeld liepen op niets uit. Moeder heeft het idee dat de eisen steeds strenger zijn geworden.
  • Vooral de reisjes voor school van de kinderen zijn een financiële aanslag op het budget. Moeder spaart dit bij elkaar van de kinderbijslag en kan in termijnen betalen. Moeder hoopt maar dat er niets kapot gaat in huis want er is geen reserve.
  • Moeder wil de kinderen niet te veel belasten met het huishouden. De kinderen moeten hard studeren en hebben daarnaast hun baantje. Daarom zou moeder graag een beetje huishoudelijke hulp hebben.
  • Op vakantie gaat men niet.

DEEL 5: Nare scheiding en dan ook nog geldzorgen.

Vader en moeder leven gescheiden. Twee zoontjes van 9 en 7 jaar. Moeder en zonen leven van een bijstandsuitkering. Moeder is er door de echtscheidingsperikelen lichamelijk en geestelijk niet best aan toe. Kan hierdoor ook niet werken. Moeder vertelt dat zij nu ruim 5 jaar in Lansingerland woont met veel plezier. Zij vindt het fijn dat de kinderen hier kunnen opgroeien in een jonge buurt met veel kinderen. Er is een goed contact met familie, die buiten Lansingerland woont. Financieel is het moeilijk de eindjes aan elkaar te knopen. Extraatjes voor de kinderen zijn er niet. Was ook moeilijk zoeken naar de voorzieningen die er zijn voor kinderen. De oudste zit nu op zwemles via Jeugdsportfonds. Pas via de vrijwilligster van Humanitas hoorde moeder vorig jaar van die mogelijkheid. Moeder had dit graag eerder via de gemeente willen horen. Voor de jongste wacht zij nu ook tot die naar zwemles kan. Een andere activiteit zit er daarnaast niet in. Zwemlessen vindt moeder het allerbelangrijkst. Met de gemeente is er nauwelijks contact. Zij heeft wel een vast contactpersoon maar informatie over de verschillende voorzieningen heeft zij nooit gekregen. Zij is met het maatje van Humanitas op zoek gegaan en inmiddels is zij bekend met de bibliotheek, met speeltuin de Kievit en stichting Leergeld. Zij gaat proberen via dat fonds een fiets en laptop aan te vragen. Dit verhaal is geanonimiseerd.

Wat betekent dit voor de kinderen:

  • Naast zwemlessen is er geen ruimte voor andere activiteiten die geld kosten.
  • Verjaardagsfeestjes voor de kinderen zijn een probleem.
  • Kinderen zitten op een school zonder continu lesprogramma. Moeder moet voor iedere overblijfdag geld betalen. Dat hakt erin.
  • Kinderen voelen de spanning in het gezin. Geen financiële ruimte om er eens uit te gaan.

DEEL 6: Wat waren de top 3-problemen die wij tegenkwamen?

  1. Minimabeleid is door de gemeente uitbesteed aan fondsen (Jeugdsportfonds, Jeugdcultuurfonds, stichting Leergeld). Gemeente kan dus niet sturen en er is geen maatwerk meer. Gezinnen die net boven het sociaal minimum zitten, zien hun aanvraag vaak niet gehonoreerd. Bovendien veranderen de fondsen van tijd tot tijd hun criteria. Ouders hebben moeite om uit te vinden waarvoor hun kind al dan niet in aanmerking komt. Er is niet een gezamenlijk aanspreekpunt en geen hulp bij het aanvragen.
  2. Kinderen kunnen volgens de eigen verhalen maar gebruik maken van één voorziening, dus óf sport óf cultuur (bv. muziek/dans of zwemles). Gemeente heeft armoede onder kinderen niet in beeld door uitbesteding en versnippering van voorzieningen. Zwemlessen drukken zwaar op het gezinsbudget. Toch een noodzakelijk iets. Zwemlessen zouden weer opgenomen moeten kunnen worden in het reguliere schoolprogramma als gemeentelijke voorziening.
  3. Opgroeien in armoede betekent voor kinderen:
  • Niet mee kunnen doen met activiteiten die voor klasgenootjes wel beschikbaar zijn (meerdere sporten, uitjes met het gezin);
  • Niet op vakantie kunnen gaan;
  • Problemen met geld voor schoolreisjes;
  • Geen geld voor bijles indien nodig;
  • -Geen verjaardagsfeestjes kunnen geven;
  • -Geen nieuwe kleding krijgen;
  • Soms eten van de Voedselbank

DEEL 7. TOT SLOT: Wat gaat de PvdA hier de komende vier jaar aan doen?

Uit: PvdA verkiezingsprogramma: “Geen arme kinderen meer in Lansingerland” (pgn. 19-23)

Wat gaan wij er aan doen?

PvdA gaat er voor zorgen dat alle 800 arme kinderen in Lansingerland bereikt worden via de speciale financiële ondersteuningsprogramma’s. Bij groei van de bevolking zullen we monitoren of er meer arme kinderen komen. Onderzocht zal worden of de bestaande ondersteuningsprogramma’s uitgebreid moeten worden. PvdA accepteert niet dat kinderen in Lansingerland geen eerlijke kans krijgen op een zorgeloos kind-zijn en een goede toekomst. De jaarlijkse Armoede-monitor is van groot belang.

En verder? • Wij zetten hoog in op de komst van gesubsidieerde arbeid, goede scholing op maat, sluitende en snelle programma’s voor schuldhulpverlening, betere programma’s voor ZZP’ers en kleine zelfstandigen in financiële nood en, bovenal, een betrokken & solidaire dienstverlening waarin formele regels ondergeschikt zijn aan het oplossen van de noden van onze inwoners. • Lansingerland moet tot de top 5 gaan horen van Nederlandse gemeenten als het gaat om een perfect armoede en minimabeleid, goede en solidaire dienstverlening en, vooral, het bieden van kansen aan mensen door betaald werk. PvdA wil veel meer aandacht voor scholing & werk voor mensen met een (GGZ) beperking. • PvdA wil mee gaan doen aan landelijke experimenten die in het teken staan van minder knellende en betuttelende regelgeving in het kader van de Participatiewet. • Het huidige armoede en minimabeleid moet verruimd worden tot 130% van het sociaal minimum.

GEEF KINDEREN IN LANSINGERLAND EEN KANS OM AAN ARMOEDE TE ONTSNAPPEN! GELIJKE KANSEN VOOR IEDER KIND!