OPENBAAR VERVOER IN DE KNEL DOOR FOUT IN HOOFDLIJNENAKKOORD
De plannen van de nieuwe regering bevatten ook slecht nieuws voor het openbaar vervoer in onze Metropoolregio, meldden wij in ons weekbericht 717 van vorige week. Wij baseerden ons bericht op een artikel in het AD van 14 dagen geleden. “Reizigers in Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en omstreken moeten vrezen voor duurdere ov-kaartjes en een slechtere dienstregeling in bussen, trams en metro’s. Het openbaar vervoer in de drie grootste steden krijgt volgend jaar fors minder geld, wordt dinsdag met Prinsjesdag bekend. De begrotingsplannen voor het openbaar vervoer omvatten een bezuiniging vanaf 2026 van 110 miljoen euro op het regionale openbaar vervoer in de grootste steden. Deze bezuiniging is het gevolg van de beslissing van het kabinet om alle zogenaamde Specifieke Uitkeringen over te hevelen naar het Gemeentefonds en ze tegelijk met 10 procent te korten. Via deze SPUK-regelingen kunnen gemeenten allerlei activiteiten financieren. Ook vervoerregio’s zoals de Vervoersautoriteit Metropoolregio Den Haag-Rotterdam vallen eronder. De maatregel stond al in het Hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB genoemd en werd met Prinsjesdag officieel beleid. Streekvervoerders elders in het land vallen er overigens niet onder en worden gefinancierd via het Provinciefonds. Vandaar dat zij geen geld mislopen”.
Afgelopen week vergaderde de Tweede Kamer over de begroting van het ministerie van I&W. Inmiddels is gebleken dat de bezuinigingen op de SPUK niet alleen het openbaar vervoer in de Metropoolregio’s treft maar ook de brandweerkazernes. De fracties van GroenLinks-PvdA, ChristenUnie en anders oppositiepartijen willen dit foutje in de rijksbegroting repareren. Een motie met de oproep aan het kabinet om dit te doen kreeg brede steun. Staatssecretaris Chris Jansen (PVV) beloofde zijn “stinkende best te gaan doen”. Daar heeft hij dus nog een jaar voor. Probleem is wel dat ook deze ondoordachte bezuiniging vastgetimmerd is in het Hoofdlijnenakkoord. “Repareren is ingewikkeld”, zo luidt hun parool. Net als besturen trouwens maar daar lijken ze nog niet helemaal achter te zijn gekomen.
Opvallend is dat het rechtskabinet een koopkrachtstijging belooft aan de inwoners, maar tegelijkertijd de gemeenten niet compenseert voor de tekorten die ontstaan door de zogenoemde ‘ravijnjaren’ (2026 en verder).
Deze ‘ravijnjaren’ verwijzen naar een periode waarin de financiële ruimte van gemeenten sterk zal afnemen door aflopende Rijksbijdragen. Dit betekent dat gemeenten noodgedwongen moeten bezuinigen om hun begrotingen sluitend te krijgen, wat onvermijdelijk zal leiden tot minder voorzieningen en hogere lokale lasten voor dezelfde inwoners. Het risico bestaat dus dat de beloofde koopkrachtstijging een sigaar uit eigen doos blijkt te zijn. Terwijl de inwoners op nationaal niveau iets extra’s krijgen, wordt dit op lokaal niveau weer afgenomen door gemeentelijke bezuinigingen en stijgende lokale lasten.
Het blijft opmerkelijk dat dit punt in de debatten in Den Haag nauwelijks aan bod is gekomen. Terwijl de financiële druk op gemeenten steeds verder toeneemt, lijkt er weinig aandacht te zijn voor de gevolgen van deze bezuinigingen op lokaal niveau. Uiteindelijk treft dit vooral de inwoners, die aan de ene kant koopkrachtstijgingen wordt beloofd, maar aan de andere kant te maken krijgen met een achteruitgang door gemeentelijke bezuinigingen.
Fietsbrug over A16 Lage Bergsebos is nu verwijderd
TOEKOMSTBESTENDIG BOUWEN IN LANSINGERLAND
Vanwege de steeds dringender wordende vraagstukken rondom klimaatverandering, de CO2-uitstoot van de bouwsector, de algehele impact van woningbouw op het milieu en de stijgende energiekosten die steeds meer huishoudens in onze gemeente treffen, zetten de fracties van het CDA en GroenLinks, gesteund door de fracties van D66 en Leefbaar 3B afgelopen dinsdag het thema ‘toekomstbestendig bouwen in Lansingerland’ op de agenda van de commissie Ruimte.
Nieuwe huizen moeten volgens de opstellers van het agendastuk energiezuinig zijn en in wijken staan die bestand zijn tegen extreme regenval en hitte en waar genoeg groen is om te recreëren. De bouw- en woningsector is verantwoordelijk voor een aanzienlijk deel van de CO2-uitstoot, en de huidige methoden en materialen zijn vaak onvoldoende duurzaam. Toekomstbestendig bouwen betekent niet alleen het verminderen van de directe milieuschade, maar ook het zorgen voor gebouwen die energie-efficiënt zijn, bestand tegen klimaatverandering, en waarin onze inwoners comfortabel en betaalbaar kunnen leven. Het vraagt om innovatie, zoals het gebruik van circulaire bouwmaterialen, energieneutrale bouwmethoden, en duurzame energiebronnen zoals zonnepanelen en warmtepompen. Tegelijkertijd moeten we kijken naar de levensduur van gebouwen: bouwen we voor de korte termijn, of creëren we duurzame en toekomstgerichte woonomgevingen. Het idee is om toekomstbestendig bouwen als ambitie vast te leggen in de omgevingsvisie 2.0 die momenteel wordt voorbereid door het college, dit in dialoog met de inwoners en de raad.
Nanno Scheringa, onze woordvoerder in dit debat, gaf aan dat ook de PvdA fractie voorstander is om met biobased bouwen aan de gang te gaan. “Maar het mag geen vertraging opleveren in het tempo van de nieuwebouw. De woningbouw is immers gigantisch”. Hij vindt het raar dat er, gelet op de grote milieuschade die traditioneel bouwen oplevert, toekomstbestendig bouwen nog maar in de kinderschoenen staat. Voor de PvdA fractie is het niet nodig om in het kader van de omgevingsvisie 2.0 al direct percentages te noemen van het aantal te bouwen biobased woningen. Het risico dat het bouwtempo vertraagt is te groot. Wel wil hij onderzocht zien of het mogelijk is om hogere bouwleges te vragen voor niet biobased bouwen. Nanno wees de commissieleden op de tentoonstelling Nature of Hope (te zien t/m dit weekend) in het Nieuwe Instituut in Rotterdam die volledig in het teken staan van duurzame omgevingsontwikkeling. De tentoonstelling onderzoekt hoe architectuur het ecologische evenwicht kan herstellen door biodiversiteit en natuur als vertrekpunt voor het ontwerp te nemen. Hoop wordt daarbij opgevat als drijvende kracht achter verandering.
Lage Bergse Bos nu zonder fietsbrug
PROJECT REGIONALE ENERGIE STRATEGIE PLOTSELING WEER IN BEELD
Sinds begin 2018 wordt er in de regio Rotterdam-Den Haag gewerkt aan een gezamenlijke energiestrategie (RES). Dit regionale proces leidde in augustus 2019 tot het Energieperspectief 2050 dat toen door de betrokken regiopartijen en ook door de gemeente Lansingerland is vastgesteld. Het Energieperspectief laat een abstract eindbeeld zien van de energiehuishouding in onze regio op de lange termijn. Dit Energieperspectief heeft in het verdere RES-proces als een bouwsteen voor de concept-RES van april 2020 en voor de RES 1.0 gefungeerd. De RES 1.0 werd in mei 2021 door de raad vastgesteld, zo meldden wij in weekbericht 591. Hieraan voorafgaand, in oktober 2020 berichtten wij in weekbericht 565 uitgebreid over de plussen en de minnen van de RES vooral waar het de burgerparticipatie betreft.
Met de RES 1.0 worden keuzes gemaakt over de toekomstige energiehuishouding in onze regio. Het gaat om warmte, elektriciteit en brandstoffen. Toen de RES 1.0 door alle regionale betrokkenen was vastgesteld, werd deze naar het Nationaal Programma RES gestuurd. Dat gebeurde op 1 juli 2021. Vervolgens heeft er een beoordeling van de 30 RES’en plaats gevonden door het Nationaal Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Nationaal Programma RES. Daaruit moest blijken of de landelijke doelstellingen binnen bereik zijn door de ingediende RES’en. Indien dat niet het geval is kan dat leiden tot herverdeling van een restopgave. Daarna werd het tot vorige week meer dan 3 jaren muisstil. Dat lijkt ons niet goed voor het bestuurlijke en ook maatschappelijke commitment.
Afgelopen week ontving onze fractie een aantal documenten over de stand van zaken met betrekking tot de RES 1.0 in alle regio’s en ook in onze eigen regio Rotterdam-Den Haag. In dit weekbericht zetten wij vooral de schijnwerper op de reactie van het college van Lansingerland op de brieven van de RES Rotterdam-Den Haag en op de reactie van Gedeputeerde Staten van Zuid Holland op de nu voorliggende Routekaart elektriciteit RES Elektriciteit. Het college constateert dat “in de RES 1.0 is vastgelegd dat de energieregio Rotterdam- Den Haag inzet op 2,8 tot 3,2 Terawattuur (TWh) duurzame opwek van elektriciteit in 2030 als bijdrage aan de nationale de nationale opgave. Sinds de vaststelling van de RES 1.0 in juni 2021 is verder gewerkt aan de uitwerking en uitvoering van de RES-opgave. Uit de Voortgangsrapportage 2023 van de RES Rotterdam-Den Haag is vorig jaar gebleken dat de ambities van de energieregio voor 2030 nog niet in het verschiet lagen en dat een verdere versnelling om te komen tot locaties voor realisatie van grootschalige opwek gewenst was. Uit de laatste monitoring, uitgevoerd in december 2023, blijkt dat al 1,66 TWh gerealiseerd is binnen de regio of als autonome ontwikkeling gezien kan worden. Dit is zo’n 54% van de ambitie uit de RES 1.0. Daarnaast zit 0,93 TWh in de pijplijn. Dit zijn plannen of projecten waar verkennend onderzoek naar wordt uitgevoerd. Voor 0,5 TWh moet nog een invulling worden gezocht”.
Slimme oversteekplaats Vleermuizen over tunnelbak A16 Rotterdam
Gedeputeerde Staten geven aan dat “uit de RES Monitor 2023 van het Planbureau voor de Leefomgeving blijkt dat diverse RES-regio’s in de provincie Zuid-Holland “aanzienlijk achterlopen bij het bereiken van het RES-bod voor duurzame elektriciteit. ” Hiermee raken de doelstellingen uit de RES-en 1.0 en de afspraak uit het Coalitieakkoord Provincie Zuid-Holland 2023-2027 uit het zicht om in 2030 (opgeteld) 6,3 tot 6,8 TWh aan duurzame elektriciteit te produceren in Zuid-Holland. De provincie Zuid-Holland is volgens Gedeputeerde Staten (GS) medeverantwoordelijk voor de realisatie van de doelstellingen uit de RES-en 1.0. Vanwege de urgentie om de biedingen tijdig te realiseren, presenteren GS nu een stappenplan om tot realisatie van het Zuid-Hollandse RES-bod te komen: de Routekaart RES Elektriciteit. GS deelt de energieregio Rotterdam-Den Haag in bij de regio’s, die het bod voor 2030 nog niet hebben gehaald, maar waarbij er wel duidelijke afspraken zijn gemaakt en stappen zijn ondernomen om het bod alsnog te halen. Een belangrijke stap is de regionale planMER die door de energieregio Rotterdam-Den Haag wordt uitgevoerd”.
Vorig jaar hebben de partners binnen de energieregio Rotterdam Den Haag het initiatief genomen om een regionale planMER-procedure te starten. De regionale planMER moet bijdragen aan een tijdige realisatie van de doelstellingen uit de RES 1.0. De scope van de regionale planMER van de RES Rotterdam Den Haag is dan ook de zoekgebieden voor wind- en zonne-energie uit de RES 1.0.
Wat nu blijkt, is dat er, als het gaat om de inzet van duurzame energie gaat, liefst twee PlanMER procedures gelijktijdig gaande zijn. Eén onder de vleugels van de energieregio Rotterdam-Den Haag, waarin de gemeente Lansingerland als bevoegd gezag opereert en de ander aangestuurd door de provincie Zuid-Holland en specifiek gericht op het vinden van geschikte windmolenlocaties, bijvoorbeeld op Bleizo-West. Wij vragen ons af of onze lezers hier nog een touw aan vast kunnen knopen, onze fractie in ieder geval niet.
Wat we wel zien, is dat in onze RES-regio Rotterdam-Den Haag van 2023 tot 2030 nog minimaal 0.21 TWH of maximaal 0.6 TWH ingevuld moet gaan worden. Dat moet toch kunnen lukken zonder zo’n bizar groot bureaucratisch circus in leven te houden? De duurzame energiewinning ontwikkelt zich in een hoog tempo. De situatie in Lansingerland is er een mooi voorbeeld van: Van 2019 tot en met 2022 groeide het percentage duurzame elektriciteit van 6,6% tot 24,3%. En de top is nog lang niet in zicht, ook dankzij de warmwaterboringen die nu plaatsvinden. Kortom, een mooie aanleiding voor een politiek debat hierover in onze gemeenteraad. Onze fractie gaat ervan uit dat het college deze bijzondere gang van zaken zelf zal agenderen.
Wandelen op het dak van de A16 Rotterdam in Lage Bergsebos
LAGE BERGSEBOS WORDT IN HOOG TEMPO IN OUDE GLORIE HERSTELD
Wanneer je in de afgelopen drie maanden het Lage Bergsebos in de directe omgeving van de voltooide tunnelbak van de A16-Rotterdam niet hebt bezocht, weet je niet wat je ziet wanneer je er nu gaat wandelen. Het gezichtsbepalende voetgangers- en fietsers viaduct dat de verbinding vormde tussen het Rotterdamse Molenlaankwartier en het gebied rond restaurant Bergsche Plas is nu verwijderd. Voor de allereerste keer kun je nu wandelen op het dak van de tunnel. Een bijzondere ervaring. Stap voor stap wordt het viaduct nu voorzien van fiets-en wandelpaden van duizenden nieuwe bomen. Intussen is ook de rest van het Lage Bergsebos op de schop gegaan. Er is heel veel onderhoud gepleegd. Het bos heeft veel nieuwe voorzieningen gekregen en is klaar voor een prachtige toekomst.
Het Lage Bergsebos vormt de onmisbare schakel in de enorme, aaneensluitende groene zone die de stad Rotterdam aan de Noordrand volledig omarmt. Er zijn de afgelopen jaren gigantische stappen vooruit gezet, wat mede mogelijk werd gemaakt door de aanleg van en de medefinanciering door de A16-Rotterdam. Daar heeft onze fractie 10 jaar geleden samen met de Rotterdamse PvdA-fractie keihard voor geknokt. Er kwam 100 miljoen extra beschikbaar om de A16 Rotterdam goed in te kunnen passen. De ontwikkeling van aaneensluitende groene verbindingen heeft altijd onze topprioriteit gehad. Een met succes, zoals nu blijkt.
De afgelopen jaren is er door overheden en natuurorganisaties intensief gewerkt aan de robuuste, groene en integrale verbinding tussen Rotte & Schie aan de Noordrand van Rotterdam. Zie: https://polderpad.nl/ Inmiddels is er een directe verbinding ontstaan tussen Delfland ten westen van de Schie en het Bentwoud nabij Boskoop. Die verbinding leidt via grote en aan elkaar gekoppelde groenzones zoals Zevenhuizerplas, Eendragtspolder, Roeibaan, Rottemeren, Hoge Bergsebos, Lage Bergsebos, Triangelpark (nog aan te leggen nabij N209 Bergschenhoek), Vlinderstrik (direct zuidelijk van Rodenrijs), de grote Schieveensepolder, Buitenplaats De Tempel naar de Schie. Het Schiebroeksepark dat aan de wijk Schiebroek grenst, wordt via een recreaduct over de nieuwe A16 verbonden met het Vlinderstrik gebied zodat ook de verbinding vanuit Schiebroek naar de Vlinderstrik en het nabij gelegen Polderpad-gebied sterk verbeterd wordt. De stad is nergens ver weg. Wandel of fiets maar eens vanaf de Zaagmolenbrug in Rotterdam-Crooswijk langs de groene Rotte richting Terbregge. Een groene boulevard.
Uit de gemeente begroting 2025 blijkt dat de financiën beschikbaar zijn om het Triangelpark daadwerkelijk te gaan aanleggen. Dit is de allerlaatste schakel om het groene gebied aan de noordrand van Rotterdam volledig aan één te laten sluiten.
In onze eigen gemeente beschikken we inmiddels ook over de Groenzoom, het Annie MG Schmidtpark en de Berkelse Boezem. Een plaatje is de Leeuwenkuil in centrum Bergschenhoek.
Ten noorden van en aansluitend aan de Schieveensepolder liggen de prachtige Ackerdijkseplassen en het bosgebied Ruiven en de Delftse Hout nabij Pijnacker. Feitelijk worden Rotterdam aan de Noordrand en Lansingerland aan vrijwel alle kanten nu omsloten door groene gebieden. Metrostation Rodenrijs is sinds kort de nieuwe hub voor wandelen en fietsen aan de noordrand van Rotterdam. Binnen 10 minuten sta je vanaf hartje stad in een schitterend groen gebied.
Gedacht wordt weleens dat de inwoners van Rotterdam de laagste hoeveelheid bos per 1000 inwoners hebben t.o.v. de bewoners van de drie andere grote steden. Deze stelling is op zich juist maar ook heel betrekkelijk omdat een groot deel van de groene gebieden aan de noordrand van de stad tot het grondgebied van Lansingerland behoort. Aan de oostkant is dat de gemeente Zuidplas. Denk hierbij aan de Rottemeren, Eendragtspolder, Zevenhuizerplas, Lage en Hoge Bergsebos, Vlinderstrik in Rodenrijs. De Schieveensepolder ligt op Rotterdams grondgebied. Via een gemeenschappelijke regeling wordt het Rottemerengebied mede door Rotterdam bestuurd. Rotterdam is de grootste financierder.
Nieuwe plankierenpaden in Lage Bergsebos
Tot slot. Komende woensdagavond 16.10 is er een beeldvormende bijeenkomst over de regionale ambulancezorg. Donderdagavond 17.10 staat in het teken van een presentatie over de gemeentebegroting 2025. De agenda’s zijn hier te vinden. Graag verwijzen wij onze lezers naar ons weekbericht 717 dat een uitgebreid commentaar bevat over de nieuwe gemeentebegroting. Onze rode lijn: een structureel sluitende meerjarenbegroting 2025 is mogelijk zonder te bezuinigen op voor inwoners belangrijke voorzieningen.
De runderen zijn gelukkig gebleven!